jeudi 5 avril 2018

Mettez à la voix passive!; zet in de passieve vorm (lijdende vorm)! / exercice grammatical; grammaticale oefening / néerlandais; Nederlands

  • Exercices de grammaire en néerlandais / Nederlandse grammatica-oefeningen
  • Grammaire néerlandaise / Nederlandse grammatica, Nederlandse spraakkunst
  • Pronom 'ON' / Voornaamwoord 'MEN'
  • Voix passive / Lijdende vorm, passieve vorm
---------------

Mettez à la voix passive. / Zet in de passieve vorm.

01. Men doet veel aan recycling.
Er wordt .....................................................................
woordenschat : de recycling : le recyclage

02. Men zegt niets over de kwaliteit van dat product! 
→ ....................................................................................

03. Men antwoordde niet onmiddellijk op de vraag.
→ ....................................................................................
woordenschat : onmiddellijk : immédiatement

04. Men heeft misschien een foutje gemaakt.
→ ....................................................................................

05. Men zal zeker rekening houden met de leeftijd van de kandidaten.
→ ....................................................................................
woordenchat : rekening houden met : tenir compte de

06. Men praat nooit over de dood.
→ ....................................................................................
woordenschat : de dood : la mort

07. Men praatte nooit over de herkomst van de ingrediënten.
→ ....................................................................................
woordenschat : de herkomst : l'origine

08. Men zou met dit bedrijf samenwerken.
→ ....................................................................................
woordenschat : het bedrijf : l'entreprise

09. Men had niets geleerd van het verleden.
→ ....................................................................................
woordenschat : het verleden : le passé

10. Men waarschuwt voor het gevaar van sigaretten.
→ ....................................................................................
woordenschat : het gevaar : le danger

11. Men verkocht verse eieren op de markt.
→ ....................................................................................

12. Men produceerde een alcoholvrij bier.
→ ....................................................................................
woordenschat : alcoholvrij : sans alcool

13. In het begin nam men een afwachtende houding aan.
→ ....................................................................................
woordenschat : de afwachtende houding : l'attitude d'attente

14. Men bouwde kleine huisjes langs het strand.
→ ....................................................................................

15. Men organiseert geen feesten meer.
→ ....................................................................................

16. Men bracht bordjes met taart aan tafel.
→ ....................................................................................

17. Men dacht aan de gevolgen van de huidige financiële crisis.
→ ....................................................................................
woordenschat : het gevolg : la conséquence / huidig : actuel

18. Men bakte gisteren lekkere pannenkoeken.
→ ....................................................................................
woordenschat : de pannenkoek : la crêpe

19. Men heeft stapels brochures gestuurd naar scholen in Amsterdam.
→ ....................................................................................
woordenschat : de stapel : le tas, la pile

20. Men gebruikt nooit kleurstoffen of bewaarmiddelen.
→ ....................................................................................
woordenschat : de kleurstof : le colorant / het bewaarmiddel : le (produit) conservateur
---------------
Solutions / Oplossingen

01. Er wordt veel aan recycling gedaan.
02. Er wordt niets over de kwaliteit van het product gezegd.
03. Er werd niet onmiddellijk op de vraag geantwoord.
04. Er is misschien een foutje gemaakt.
05. Er zal zeker rekening worden gehouden/gehouden worden met de leeftijd van de kandidaten.
06. Er wordt nooit over de dood gepraat.
07. Er werd nooit over de herkomst van de ingrediënten gepraat.
08. Er zou met dit bedrijf worden samengewerkt/samengewerkt worden.
09. Er was niets geleerd van het verleden.
10. Er wordt voor het gevaar van sigaretten gewaarschuwd.
11. Er werden verse eieren op de markt verkocht.
12. Er werd een alcoholvrij bier geproduceerd.
13. In het begin werd er een afwachtende houding aangenomen.
14. Er werden kleine huisjes langs het strand gebouwd.
15. Er worden geen feesten meer georganiseerd.
16. Er werden bordjes met taart aan tafel gebracht.
17. Er wordt aan de gevolgen van de huidige financiële crisis gedacht.
18. Er werden gisteren lekkere pannenkoeken gebakken.
19. Er zijn stapels brochures gestuurd naar scholen in Amsterdam.
20. Er worden nooit kleurstofffen of bewaarmiddelen gebruikt.

Aucun commentaire:

Enregistrer un commentaire